Ik ben opgevoed met het idee dat je nooit kunt weten wanneer Jezus komt. Laat ik zeggen dat ik goed snap waar die uitspraak vandaan komt en ook de implicaties van het negeren van deze uitpraak goed begrijp, maar recentelijk toch tot andere inzichten gekomen ben. Laat me u meenemen in een aantal Bijbelse argumenten die deze uitspraak op losse schroeven zet. 1. Jezus had het tegen een Joods publiek
Jezus kwam in eerste instantie alleen voor Zijn eigen volk, maar die wezen Hem af (Johannes 1:11). We lezen vaak de 4 evangelien met het idee dat dit allemaal voor de kerk geldt, maar theologisch levert dit soms wat problemen op. In Romeinen 11 (met name vers 25) lezen we heel duidelijk dat er 2 heel verschillende dispensaties zijn; Israel en de kerk. De kerk is natuurlijk ontstaan vanuit een klein clubje Joden, maar verder is deze momenteel voor het overgrote deel van heidense komaf. Geldt deze uitspraak, dat niemand de dag noch de ure weet, daarom wel voor de kerk? Laten we voor het antwoord op die vraag eens verder kijken naar een aantal andere Bijbelteksten. 2. De opname van de kerk was een mysterie In 1 Korinthe 15:51 vertelt Paulus over een mysterie, dat wij niet allemaal zullen sterven, maar dat er een generatie komt die bij het horen van 'de laatste bazuin' opgenomen zal worden in de hemel. In 1 Thessalonicenzen 4:13-18 weidt hij daar verder over uit. Mysterie betekent in het originele Grieks 'dat wat eerst verborgen is en nu onthuld wordt'. Het was verborgen voordat Paulus tot bekering kwam, dus Jezus kon het helemaal niet over de opname van de kerk hebben gehad in Markus 13 en Mattheus 24 (dat hoofdstuk gaat er iets uitgebreider op in). Waar had Hij het dan wel over? 3. Jezus had het over de grote verdrukking Als we Mattheus 24 naast Openbaring 6 t/m 19 leggen, zien we dat ze naadloos in elkaar passen. Vanaf vers 5 gaat het in Mattheus over valse christussen, oorlogen, hongersnoden en ziekten en ten slotte de dood (vers 9). In Openbaring 6 lezen we over 4 ruiters; de eerste is een valse christus (hoewel soms foutief vertaald met een hoofdletter), want hij heeft een ander soort kroon (stephanos in het Grieks, geen diademos) die symbool staat voor verdienste en niet voor autoriteit, zoals we zien bij de werkelijke Christus op het witte paard in Openbaring 19:11. Deze ruiter uit Openbaring 6 heeft een boog (symbool voor verbond, net als de boog van Noach) en geen zwaard, zoals de Ruiter uit Openbaring 19:11. Ook is het Lam Degene die de zegels opent, dus hoe kan Hij dan Dezelfde zijn als de eerste ruiter? Ten slotte heeft deze ruiter wel beroerde vriendjes, als hij een goeierik zou zijn. De andere 3 ruiters staan natuurlijk symbool voor de oorlogen, hongersnoden, ziekte en dood. In vers 28 van Mattheus 24 lezen we over de gieren die komen om de lijken op te eten, dat zien we in Openbaring 19:17 ook weer terug. Dan noemt Jezus expliciet waar de vorige verzen allemaal om draaiden, in Mattheus 24:29. 'En meteen na de verdrukking..' Dan verschijnt er en teken aan de hemel van de Zoon des mensen en komt hij (dat is een actief werkwoord, wat een beweging naar ons toe impliceert) met grote kracht en heerlijkheid en zal iedereen Hem zien. Dat moment loopt helemaal synchroon met Openbaring 19! Het is een heel ander moment dan in 1 Thessalonicenzen 4:13-18, waar het juist wij zijn die naar Jezus toekomen! Het is ook een heel ander teken dan Openbaring 12. In Openbaring 19 zien we de hemel geopend en de Mensenzoon op het witte paard afdalen. In Openbaring 12 zien we dat er een 'kind' opgenomen wordt. Openbaring 11 t/m 13 zijn zogenaamde 'parenthetische' hoofdstukken waarin kort een samenvatting wordt gegeven van wat al gebeurd is. Later in Mattheus 24 (vers 36) lezen we dat we de dag noch de ure van dit moment kunnen weten. Jezus had het dus over de 'grote verdrukking' (vers 21), niet te verwarren met verdrukkingen van alle tijden (Joh. 15:20). We hebben het hier over de wraak van het Lam (Openbaring 6:16). Dat is waar Jezus het over heeft: de grote verdrukking! 4. Er zijn 2 momenten die op elkaar lijken De opname van de gemeente vindt in Openbaring al plaats in hoofdstuk 4. We lezen in hoofdstuk 1:19 over een driedeling: Johannes moest opschrijven wat was, wat is en wat komt. Voor dat laatste begrip gebruikt Johannes het Griekse 'meta tauta'. Dat is een technische term die aangeeft dat alles wat erna gebeurt, toekomst is. Zo lezen we dat ook in hoofdstuk 4. Het begint met precies diezelfde term. Hoofdstuk 1 is een introductie over wat was, hoofdstuk 2 en 3 over de huidige situatie in de 7 gemeenten, en vanaf hoofdstuk 4 is alles toekomst. Aan het begin van hoofdstuk 4 zien we de hemel geopend en ook zien we daarna de 24 ouderlingen in de hemel, die waren er in het visioen van Ezechiel nog niet. Ze vertellen in hoofdstuk 5:9-10 wie ze zijn: alle vrijgekochten van de aarde, uit elke stam, taal, volk en natie. De opname is dus al geweest voor de zegels verbroken worden waarmee Gods wraak ingeluid wordt! De 24 ouderlingen zijn daarbij aanwezig! Ook hoofdstuk 12 is toekomst, hoewel het een samenvatting is van wat zich eerder in de verdrukking afspeelde. Het spreekt dus niet over Jezus' geboorte en hemelvaart! Zie voor meer informatie daarover ook mijn voorlaatste artikel. Zo zien we telkens 2 soorten teksten die passen bij 2 momenten. Het ene moment kunnen wij wel weten, het andere niet. In 1 Thessalonicenzen 5:4 leert ons duidelijk dat het voor de 'mensen van de dag' geen verrassing zal zijn. Als je vanaf vers 1 leest, wordt het heel duidelijk dat Paulus ervan uitgaat dat zijn publiek helemaal bekend is met het moment dat de opname komt. Dat is een totaal andere situatie dan in Mattheus 24:36, waar aangegeven wordt dat niemand die 'dag of het uur weet'. "Maar wat de tijden en de gelegenheden betreft, broeders, is het voor u niet nodig dat men u schrijft. Want u weet zelf heel goed dat de dag van de Heere komt als een dief in de nacht. Want wanneer zij zullen zeggen: Er is vrede en veiligheid, dan zal een onverwacht verderf hun overkomen, zoals de barensweeën een zwangere vrouw, en zij zullen het beslist niet ontvluchten. Maar u, broeders, bent niet in duisternis, zodat die dag u als een dief zou overvallen. U bent allen kinderen van het licht en kinderen van de dag. Wij zijn niet van de nacht en ook niet van de duisternis." (1 Thess. 5:1-5, HSV) 5. 'Niemand weet de dag noch de ure' was een idioom voor het bazuinenfeest Het bazuinenfeest is een van de 7 door God ingestelde feesten uit Leviticus 23. Het kon pas plaatsvinden als twee getuigen met het blote oog het eerste streepje van de nieuwe maan hadden vastgesteld. Dat kon op 1 Tishri zijn (de eerste dag van het Joodse nieuwjaar), maar soms pas op 2 Tishri of als het bewolkt was zelfs nog later. Dan werden 100 bazuinstoten uitgeblazen op een ramshoorn (shofar) en bij de toon van de laatste bazuin was het officieel nieuwjaar. Die bazuin heette in het Hebreeuws ook letterlijk 'laatste bazuin' en was niet zozeer de allerlaatste bazuin ooit, maar de laatste bazuin van de serie (alle andere bazuinstoten hebben ook namen). We moeten die bazuin dus niet verwarren met de 7e bazuin uit Openbaring. Paulus kon in 1 Thess. 4 ook helemaal niet weten dat er 7 bazuinen in de verdrukking zouden komen, want de Openbaring aan Johannes zou pas enkele decennia later komen. Paulus was toen zeer waarschijnlijk al gestorven. Maar ik dwaal af. Dit bazuinenfeest werd door de oude Joden in de volksmond ook wel 'het feest waarvan niemand de dag noch het uur weet' genoemd. Bron 6. Jezus krijgt Zelf een openbaring van God nadien! In Openbaring 1 vers 1 lezen we meteen dat Jezus Zelf een Openbaring van Zijn Vader heeft gekregen. Een openbaring is iets nieuws, anders was het namelijk geen openbaring. Er was dus iets wat Jezus eerder (in Mattheus 24) nog niet wist, maar wat Hem nu geopenbaard werd. Wat zou iets kunnen zijn dat Jezus eerder niet wist, maar wel aan Hem geopenbaard is nu, door de Vader? Hmm.. Eens even denken. Ik kan me maar 1 ding bedenken. Niemand wist de dag noch het uur, in de dispensatie van Israel, zelfs Jezus niet. Maar als Johannes deze Openbaring van God aan Jezus opschrijft, is de dispensatie van de kerk allang begonnen. Paulus had al 7 mysteries onthuld, waaronder het mysterie van de opname. En nu is er de Openbaring van God aan Jezus, die Johannes mocht opschrijven. In deze Openbaring vinden we onder andere het veel besproken teken van Openbaring 12; de zwangere vrouw met een kroon van 12 sterren, wier kind opgenomen wordt naar de hemel. Nogmaals, voor meer informatie daarover, zie mijn voorlaatste artikel van ongeveer anderhalve maand terug. 7. Je maakt mij niet wijs dat niemand het ooit goed kan raden We leven met 2,1 miljard christenen op deze aardbol. We hebben 365 dagen in het jaar. Stel dat die allemaal een datum zouden gokken voor de opname, dan hebben we het nog steeds over bijna 6 miljoen mensen die dat statistisch gezien goed zouden raden. Okay, niet iedereen houdt zich met de eindtijd bezig, dus laten we van 1% uitgaan van dit aantal. Dat is nog steeds bijna 60.000 mensen! Zou Jezus echt wachten tot het moment dat niemand het goed geraden heeft en dan denken: 'Ha! Nu kom ik lekker!' Conclusie Ik ga nu niet zeggen dat ik zeker weet dat Jezus 23 september 2017 of wanneer dan ook terugkomt. Ik weet de dag of het uur ook niet! Maar ik denk wel dat we aan de hand van de Bijbel het tijdsframe enorm kunnen vernauwen naar 2 of 3 dagen. In mijn voorlaatste artikel gaf ik al aan dat het bazuinenfeest (elk najaar) het meest logische feest is dat Jezus terug zal komen, om meerdere redenen. Om de reden dat niemand de dag of het uur weet dat de nieuwe maan te zien is en het nieuwe jaar (Rosh HaShana) uitgeroepen kan worden, maar ook omdat de eerste 4 door God ingestelde feesten al vervuld waren en dit 5e feest, het bazuinenfeest, dus de meest logische is. Dat is voor mij elk jaar weer een mooi moment. En dan hebben we natuurlijk nog de jubeljaren, elke 50 jaar werd het land in Israel weer terug aan zijn rechtmatige eigenaar gegeven. We zien daarin ook een patroon. 1917; de Balfourdeclaratie, waarmee het land formeel toegezegd werd aan de Israeli's. In 1967, waar de Joden eindelijk weer controle kregen over Jeruzalem. Maar het werd al snel weer verdeeld en dus hebben ze 50 jaar lang geen controle over bijvoorbeeld het tempelplein gehad. Tot afgelopen week. Sinds 50 jaar hebben de Joden nu ook hun tempelplein terug. Nee, ik ga geen datum zetten. Maar ik heb wel enorm hoge verwachtingen van de dagen in het najaar! God bless! :)
3 Comments
Klaas Boeve
7/23/2017 14:59:05
Duidelijk verhaal, goed bijbels onderbouwd m.i. , stimuleert om uit te zien naar dag van opname.
Reply
gerard
7/28/2017 16:04:48
Een heel erg goed boek hierover is de Nederlandse uitgave van Wake Up! - God's kalender in tijdslijnen en feesten. zie www.wakeup.nu
Reply
Your comment will be posted after it is approved.
Leave a Reply. |
Categorieën
Alles
Archieven
Augustus 2024
|