" 1. Een lied, een psalm van Asaf. 2. O God, zwijg niet, houd U niet doof, wees niet stil, o God! 3. Want zie, Uw vijanden tieren, wie U haten, steken hun hoofd omhoog. 4. Zij beramen listig een heimelijke aanslag tegen Uw volk en beraadslagen tegen Uw beschermelingen. 5. Kom, zeiden zij, laten wij hen uitroeien, zodat zij geen volk meer zijn en aan de naam van Israël niet meer gedacht wordt." (Psalm 83:1-5, HSV) Profetisch Veel Psalmen hebben behalve hun letterlijke betekenis voor die tijd, ook een profetische laag. Voorbeelden daarvan zijn natuurlijk de bekende Psalm 2, waar het over Armageddon gaat, of Psalm 22, dat een zeer heldere beschrijving geeft van Jezus' kruisdood. Meer voorbeelden vindt u hier, hoewel deze lijst zeker niet uitputtend is. Ook Psalm 83 is naar mijn idee een Psalm met een profetische laag, terwijl het in beginsel natuurlijk zeker een Psalm is waarin Asaf om straf vraagt voor zijn vijanden. Het eerste deel is duidelijk een vrij algemene vraag om straf voor zijn vijanden, maar let op wat er vanaf vers 6 gebeurt. " 6. Want samen hebben zij in hun hart beraadslaagd; dezen hebben een verbond tegen U gesloten: 7. de tenten van Edom en de Ismaëlieten, Moab en de Hagrieten, 8. Gebal, Ammon en Amalek, Filistea met de bewoners van Tyrus. 9. Ook Assyrië heeft zich bij hen aangesloten, zij zijn voor de zonen van Lot een sterke arm geweest. Sela" (Psalm 83:6-9, HSV)
Grondgebied Edom lag in het gebied dat we nu grofweg Zuid-Jordanië zouden kunnen noemen. Moab lag juist weer noordelijker, en Ammon (beiden zijn zonen van Lot, verwekt met zijn dochters - zie Genesis 19) meer centraal. Amaleks grondgebied lag aan de bovenkant van wat we nu Saudi-Arabië noemen (sommige Bijbelkaarten plaatsen hen in de Sinaï-woestijn - maar dat is gebaseerd op een verkeerde locatie van de berg Sinaï, zoals we in Gal. 4:25 leren), en Ismaël vestigde zich aan de westkust van Arabië. Hagar kwam uit Egypte (Gen. 16:1), en haalde daar ook weer een vrouw vandaan voor haar zoon (Gen. 21:21). Nou, mysterie opgelost toch? Volgens Bill Salus niet. Hij geeft aan dat het laatste deel van de profetie nog niet uitgekomen is. De totale vernietiging van al deze landen. Ze bestaan allemaal nog steeds.. " 10. Doe met hen als met Midian, als met Sisera, als met Jabin aan de beek Kison: 11. zij zijn weggevaagd te Endor, zij zijn geworden tot mest op de aardbodem. 12. Maak hen en hun edelen als Oreb en als Zeëb, al hun vorsten als Zebah en als Zalmuna, 13. die zeiden: Laten wij deze woningen van God voor onszelf in bezit nemen. 14. Mijn God, maak hen als een werveldistel, als stoppels voor de wind. 15. Zoals vuur een woud verbrandt, zoals de vlam de bergen verzengt," (Psalm 83:10-15, HSV)
Oorlogen Ik vermoed dus dat Woods en Salus beiden zowel juist als onjuist zijn. Woods heeft ongelijk in zijn interpretatie dat deze Psalm énkel en alléén een imprecatoir gebed is. Het is méér dan dat. Salus heeft weer ongelijk in dat deze Psalm nooit helemaal vervuld is. Het is de vraag of dat ook echt zal gaan gebeuren. Misschien was er sprake van een uitgesteld oordeel. In eerste instantie werden de legers tot tweemaal toe teruggedrongen, maar uiteindelijk zal er in de eindtijd wel degelijk een veel groter oordeel komen. Ook is het belangrijk dat we het grondgebied niet gaan verwarren met de etniciteit van burgerbevolking die er woont of de legers die namens hen optreden. Is het vernietigende oordeel waarvoor Asaf bidt bijvoorbeeld beperkt tot de legers van deze landen, en blijven de burgers buiten schot? Het gebed lijkt zich immers enkel op de vorsten en edelen te richten (vers 12). En zelfs al zou de bevolking compleet vernietigd worden, bestaat het grondgebied nog steeds, en zal ook weer bewoond gaan worden in de toekomst. Dat gebied heeft dan misschien nog steeds wel dezelfde naam. Hoewel er mogelijk sprake is van een uitgesteld oordeel, betekent dat ook niet per sé dat dit een garantie is dat er ook weer een oorlog komt van deze coalitie tégen Israël. Het zou kunnen natuurlijk, maar zeker is het allerminst. "Daarom, zo waar Ik leef, spreekt de HEERE van de legermachten, de God van Israël: Voorzeker, Moab zal als Sodom worden en de Ammonieten als Gomorra: een distelveld, een zoutgroeve en een woestenij tot in eeuwigheid! De rest van Mijn volk zal hen plunderen, het overblijfsel van Mijn volk zal hen in erfelijk bezit nemen." (Zefanja 2:9, HSV) Slot Wel weten we dat er sowieso afzonderlijke oorlogen komen van Israël tegen diverse van deze landen, zoals Salus ook vertelt in de video hierboven. In Jesaja 17 zien we een oordeel over Syrië, en in Zefanja 2 zien we zelfs nog veel meer landen uit het rijtje hierboven. Zij zullen omgekeerd worden zoals Sodom en Gomorra, schrijft Zefanja in vers 9 van dat hoofdstuk. Is dit dan een tegenstrijdigheid met Jesaja 11? God spreekt Zichzelf nooit tegen, dus hier moet een logische verklaring voor zijn. Één verklaring is dat Zefanja hier zgn. hyperbolische (overdreven) taal gebruikt. Net zoals dat een boze buurman tegen je zegt: "Ik ga je helemaal verbouwen." en vervolgens een paar klappen tegen je kaak geeft. Hoewel je een zere kaak hebt, is de rest van je lichaam nog onaangetast. Ik geloof eerlijk gezegd niet dat dat is wat God hier bedoelt. Ik wil de Bijbel zo letterlijk mogelijk lezen. Een andere mogelijkheid is dat het hier vooral om het grondgebied gaat dat volledig vernietigd wordt in de latere fases van de grote verdrukking. Het zal ook weer in bezit worden genomen, staat er immers bij. Er komen dus weer nieuwe mensen wonen, en wie wil er nu in een woestenij wonen? Het land zal weer bewerkt gaan worden, en weer gaan bloeien in het Millennium. De Ammonieten die Israël dan gehoorzaam zullen zijn uit Jesaja 11:14, is wellicht een groep Jordaanse vluchtelingen die uit het gebied ontsnapt zijn voordat het volledig vernietigd werd. Spreekt Zacharia 12 dan over deze specifieke coalitie, zoals Salus impliceert? Dat vraag ik me af. Het lijkt er meer op dat álle volken ter aarde op dat moment samenspannen tegen Jezus en Zijn volk, in plaats van enkel deze coalitie. Hoe het ook zij, we weten dat Jezus de overwinning zal behalen! :) God bless! "Zie, Ik ga Jeruzalem maken tot een bedwelmende beker voor alle volken rondom, ja, ook tegen Juda zal het gaan bij de belegering van Jeruzalem. Op die dag zal het gebeuren dat Ik Jeruzalem zal maken tot een steen die moeilijk te tillen is voor al de volken. Allen die hem optillen, zullen zichzelf zeker diepe sneden toebrengen, en al de volken van de aarde zullen zich tegen haar verzamelen." (Zach. 12:2-3, HSV)
4 Comments
Josias
7/15/2023 14:03:52
Beste,
Reply
Ik moet zeggen dat ik jouw bijdrage nou ook niet bepaald positief vind, Josias. Het interesseert je niet wie er gelijk heeft, geef je aan. De Bijbel is er om dingen te leren, te onderzoeken. Paulus moedigt zijn volgelingen juist aan dit te doen, in plaats van hen te bekritiseren (Hand. 17:10-11, 1 Thess. 5:21).
Reply
L.Overduin
7/15/2023 14:10:30
J.N.Darby heeft over de Psalmen een apart commentaar geschreven dat de moeite waard is om te lezen. Je kunt dit downloaden via de site "de bijbel voor jou."
Reply
Jannie
7/15/2023 18:02:08
Dank voor de tip!
Reply
Your comment will be posted after it is approved.
Leave a Reply. |
Categorieën
Alles
Archieven
Augustus 2024
|