We zijn de vorige keer niet heel ver gekomen in het boek "God Wants You Well" van Andrew Wommack, maar hebben vooral gepoogd een sterke fundering te leggen voor het hoe en waarom van tekenen, genezingen en wonderen. Dit fundament is absoluut essentieel om de beweringen in rest van zijn boek tegen af te kunnen zetten. In zijn inleiding schrijft hij immers meteen al dat het altijd Gods wil is dat u gezond wordt, en noemt daarbij wat prooftexts waaruit dit zou moeten blijken. Wanneer we echter de bredere context bestuderen, blijkt dat allemaal wel wat genuanceerder te liggen.
" 16. Tegen de vrouw zei Hij: Ik zal uw moeite in uw zwangerschap zeer groot maken; met pijn zult u kinderen baren. Naar uw man zal uw begeerte uitgaan, maar hij zal over u heersen. 17. En tegen Adam zei Hij: Omdat u geluisterd hebt naar de stem van uw vrouw en van die boom gegeten hebt waarvan Ik u geboden had: U mag daarvan niet eten, is de aardbodem omwille van u vervloekt; met zwoegen zult u daarvan eten, al de dagen van uw leven; 18. dorens en distels zal hij voor u laten opkomen en u zult het gewas van het veld eten. 19. In het zweet van uw gezicht zult u brood eten, totdat u tot de aardbodem terugkeert, omdat u daaruit genomen bent; want stof bent u en u zult tot stof terugkeren." (Genesis 3:16-19, HSV)
Werken Voor Wommack is het een uitgemaakte zaak. Iedereen die gelooft, zal dezelfde werken doen; dus ook dezelfde wonderen, en verwijst daarbij nogmaals naar de tekst uit Markus 16 die we de vorige keer al besproken hebben. Merk op dat het woordje "alle" ook hier weer ontbreekt. Jezus zegt niet dat gelovigen álle werken die Hij doet (of zelfs nog grotere), zullen doen. Grotere heeft in dit verband betrekking op de impact van de wonderen, omdat ze de grenzen van Israël ver over zullen gaan in de apostolische periode. In dat opzicht hebben de wonderen van de apostelen een grotere reikwijdte dan Jezus' wonderen. Dit blijkt uit de laatste bijzin; "want Ik ga heen naar Mijn Vader". Het staat in direct verband met de absentie van Jezus en derhalve de noodzakelijkheid van de verspreiding van Zijn woord door de apostelen, wat vergezeld zou moeten gaan van tekenen, genezingen en wonderen om die boodschap te authentiseren. Om nog even terug te komen op de frase "wie in Mij gelooft"; de verzen 13 en 14 zijn hierbij van vitaal belang om te bepalen over wie het hier in eerste instantie gaat. Jezus geeft tweemaal heel duidelijk met het woord "u" aan dat het hier om het directe publiek gaat; de discipelen. De clausule "wie in Mij gelooft" is om duidelijk te maken dat Judas Iskariot hier geen deel van uitmaakt. Dit wordt duidelijker in de verzen 22 tot en met 24, waar Jezus heel duidelijk maakt aan Judas dat God enkel bij degenen die Zijn woorden in acht nemen, intrek zal nemen. Die woorden staan duidelijk beschreven in vers 6 van datzelfde hoofdstuk. Jezus maakt dit onderscheid tussen Judas en de rest van de discipelen vaker in het Johannes-evangelie, zoals in hoofdstuk 17:12. Striemen De volgende tekst die Wommack noemt, is een tekst uit 2 Petrus, waaruit zou moeten blijken dat Jezus behalve voor onze zonden, ook gestorven is voor onze gezondheid. Wie de tekst echter goed bestudeert, zal zien dat dat helemaal niet is wat Petrus bedoelt met "genezing". Het eerste deel van dit vers maakt heel duidelijk dat het over de genezing van onze zonden gaat. Dit past ook binnen de semantische grenzen die het Griekse lexicon onder II.A aangeeft. Doordat die zonden genezen zijn, kunnen wij voor de gerechtigheid leven. Wie de rest van de verzen leest, moet eigenlijk zelfs tot een omgekeerde conclusie komen: Petrus spreekt hier over hoe lijden te verwachten is in het leven van de christen, omdat Christus als ons voorbeeld Zélf ook geleden heeft (vers 19-23). "Die Zelf onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout, opdat wij, voor de zonden dood, voor de gerechtigheid zouden leven. Door Zijn striemen bent u genezen." " 3. Hij was veracht, de onwaardigste onder de mensen, een Man van smarten, bekend met ziekte, en als iemand voor wie men het gezicht verbergt; Hij was veracht en wij hebben Hem niet geacht. 4. Voorwaar, onze ziekten heeft Híj op Zich genomen, onze smarten heeft Hij gedragen. Wíj hielden Hem echter voor een geplaagde, door God geslagen en verdrukt.
" 18.Want ik ben ervan overtuigd dat het lijden van de tegenwoordige tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid die aan ons geopenbaard zal worden. 19. Met reikhalzend verlangen immers verwacht de schepping het openbaar worden van de kinderen van God. 20. Want de schepping is aan de zinloosheid onderworpen, niet vrijwillig, maar door hem die haar daaraan onderworpen heeft, 21. in de hoop dat ook de schepping zelf zal bevrijd worden van de slavernij van het verderf om te komen tot de vrijheid van de heerlijkheid van de kinderen van God. 22. Want wij weten dat heel de schepping gezamenlijk zucht en gezamenlijk in barensnood verkeert tot nu toe. 23. En dat niet alleen, maar ook wijzelf, die de eerstelingen van de Geest hebben, ook wijzelf zuchten in onszelf, in de verwachting van de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing van ons lichaam. 24. Want in de hoop zijn wij zalig geworden. Hoop nu die gezien wordt, is geen hoop. Immers, wat iemand ziet, waarom zou hij dat nog hopen?" (Romeinen 8:18-24, HSV) Realisatie We kunnen in deze tekst heel duidelijk een aantal elementen herkennen. Paulus stelt allereerst vast dat er a. lijden is in de huidige tijd (vers 18), b. de schepping zélf onderworpen is aan verderf dat met hevige pijn van barensweeën wordt vergeleken (vers 20-22), en c. hoewel wij al wel de eerstelingen van de Geest hebben (vers 23a), d. onze fysieke verlossing nog niet geheel gerealiseerd is (vers 23b). Hij wijst ons e. ten slotte daarom op de hoop, waarmee we ons in het huidige lijden kunnen troosten (vers 24). Dit vat eigenlijk perfect samen wat we tot nu toe hebben gezien; dat hoewel Jezus als verzoeningsoffer voor onze zonden is gestorven, een deel daarvan gerealiseerd is (de rechtvaardiging en de Geest als onderpand - Ef. 1:13-14), maar een ander deel nog niet (onze fysieke verlossing - ziekte, lijden en pijn - en onze oude natuur). Uiteindelijk zal dit alles volledig gerealiseerd worden, zoals we heel duidelijk lezen aan het einde van Openbaring. Morgen zal het laatste deel geplaatst worden en zullen we verder kijken naar voorbeelden uit de Bijbel waar Gods wil anders was dan sommigen misschien zouden verwachten. Ook zullen we stilstaan bij Wommacks idee van ziekte als een vloek. Blessings! (: " 1. En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, want de eerste hemel en de eerste aarde waren voorbijgegaan. En de zee was er niet meer. 2. En ik, Johannes, zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, neerdalen van God uit de hemel, gereedgemaakt als een bruid die voor haar man sierlijk gemaakt is. 3. En ik hoorde een luide stem uit de hemel zeggen: Zie, de tent van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij hen zijn en hun God zijn. 4. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn. Want de eerste dingen zijn voorbijgegaan." (Openbaring 21:1-4, HSV)
5 Opmerkingen
Gerda
28/12/2022 13:02:02
Dank je wel voor je verhaal. Ik vind altijd de tekst met aanhaling uit Jesaja ook heel duidelijk.
Antwoorden
josè marz
28/12/2022 15:07:52
Ja, in Jesaja staat dat door Zijn striemen voor ons genezing is gekomen, zo mooi, maar zou dat niet veel meer voor onze geestelijke genezing zijn geweest, door Zijn dood kunnen wij behouden worden en genezen van onze zonden!!
Antwoorden
josè marz
28/12/2022 16:16:09
Beste Admin,
Antwoorden
Annelies
29/12/2022 13:14:31
Daarbij is een gelovige die overlijd ook genezen. In de hemel is geen ziekte en pijn meer.
Antwoorden
Ted
14/1/2024 14:49:00
Dit onderwerp interesseert me. Ik heb o.a. Urqhart en Wommack en Tom de Waal, de boeken ervan gelezen, en heb op Y-T dhr Zijlstra bekeken.
Antwoorden
Je opmerking wordt geplaatst nadat deze is goedgekeurd.
Laat een antwoord achter. |
Categorieën
Alles
Archieven
April 2025
|